Wettelijke regelgeving as verstrooien
TOLAD heeft het product afgestemd om te voldoen aan alle regelgevingen omtrent het verstrooien van as. Onderstaand vindt u een selectie uit het wetboek (Wlb art. 59, lid 2 en art. 66a, lid 2).
Asverstrooiing op een dierbare plaats (incidentele asverstrooiing) Wijziging van de Wet op de lijkbezorging in 1998 heeft er toe geleid dat nabestaanden de mogelijkheid krijgen om de as van overledenen op een zelf gekozen plek te verstrooien.
Op deze wijze is tegemoetgekomen aan een maatschappelijke wens om te verstrooien buiten een permanent daartoe bestemd terrein zoals het strooiveld bij crematoria en begraafplaatsen.
Incidentele verstrooiing door de nabestaanden op een voor de overledene dierbare plek mag in beginsel overal, tenzij anders geregeld.
De Wet op de lijkbezorging stelt geen nadere regels omtrent deze incidentele asverstrooiing. Vanuit milieu-optiek levert een eenmalige asverstrooiing geen bezwaar op. Overheden kunnen met behulp van het bestaande instrumentarium regelend optreden. Dit mag niet betekenen dat incidenteel verstrooien praktisch gezien onmogelijk wordt.
Ook mag de mogelijkheid om incidenteel te verstrooien in principe niet worden gebonden aan een vergunningvereiste. Zo kunnen gemeenten in een verordening regels opnemen betreffende de incidentele asverstrooiing. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft hiertoe een circulaire met twee modelbepalingen APV opgesteld. De ene variant staat verstrooiing overal toe, met uitzondering van enkele plaatsen, zoals openbare wegen, stoepen, pleinen en dergelijke. De andere variant verbiedt verstrooiing met uitzondering van met name genoemde locaties.
In de praktijk blijkt dat deze laatste variant niet of nauwelijks wordt toegepast. De overheid heeft de volgende instrumenten om daarin regelend op te treden: · Door middel van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) kunnen gemeenten nadere regels stellen om incidentele asverstrooiing te reguleren. Zo kunnen regels worden gesteld aan het verstrooien op openbare plaatsen en het verstrooien op bepaalde tijdstippen. · Artikel 6 van de Wet Bodembescherming geeft de mogelijkheid een AMvB vast te stellen met betrekking tot asverstrooiing op de bodem. Het Ministerie van VROM heeft echter aangegeven dat zij dit niet overweegt vanwege het geringe bodembeschermingbelang.